NET LID
‘IK BEN ER DIRECT VOL INGEDOKEN’
Tekst Ronald de Kreij Beeld Doon van de Ven
Buschauffeur André Verhoeven was nog maar nét FNV-lid toen hij tijdens de landelijke stakingsacties in het openbaar vervoer besloot vakbondsvertegenwoordiger te worden op zijn stalling. ‘Als ik eenmaal ergens aan begin…’
Waarom ben je FNV-lid geworden?
‘Nou, ik was al veel langer vakbondslid, hoor, maar alleen bij een andere bond. Ik ben daar weggegaan omdat ik het niet eens was dat die bond de vorige cao met maar 2,5 procent loonsverhoging had ondertekend. Omdat er dan wél een RVU-regeling zou komen, zo was het argument. Maar ik vond dat pure chantage van de kant van de werkgevers. Ik kon niet verkroppen dat die bond daarvoor is gezwicht.’
Je bent eigenlijk een overstapper?
‘Eerst ben ik nog een half jaar bondloos geweest. Maar toen de FNV actie ging voeren voor een mooie loonsverhoging en er op onze Arriva-stalling in Alkmaar geen FNV-vertegenwoordiger bleek te zijn, heb ik me aangemeld en gezegd dat ik die kar wel wilde trekken.’
Gelijk aan de slag dus?
‘Ik ben er direct vol ingedoken. Maar zo zit ik nu eenmaal in elkaar. Dat heb ik bijvoorbeeld ook met het verenigingsleven. Als ik eenmaal ergens aan begin…’
Bevalt het?
‘De acties waren uiteindelijk een succes. Ik ben absoluut niet gaan ronselen, maar toch hebben tien van de twaalf mensen op onze stalling gestaakt. En de FNV zelf bevalt me ook wel. Ik had het beeld van schreeuwers en ben zelf veel gematigder, maar dat schreeuwen valt erg mee. Bovendien, je mag best schreeuwen, zolang het maar wel hout snijdt.’
Geen spijt dus van je overstap?
‘Absoluut niet. En ik zie dat veel anderen mijn voorbeeld hebben gevolgd. Het ledenaantal van de FNV is tijdens de acties flink gegroeid. Heel goed. Iedereen zou overtuigd moeten zijn van het nut van de vakbond. Dan is er ook geen tweestrijd tussen stakers en niet-stakers. De stakers hebben namelijk wel salaris misgelopen om de mooie loonstijging voor elkaar te krijgen waar nu ook de niet-stakers van profiteren. Daar moeten deze laatsten wel goed van doordrongen zijn.’